
ROZENGEUR / Gerold Rozenblad
Niets is beschamender dan publiekelijk je braaksel te moeten inslikken. Dit wetende, zou je denken dat zeker beleidsmakers voorzichtiger zijn in hun uitingen en minder stoere taal bezigen in bepaalde situaties. Echter, men schijnt vaak hardleers te zijn en nu blijkt niet één maar twee van deze bewindvoerders het onsmakelijk ritueel uit te voeren.
Ik heb het over Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur en Riad Nurmohamed van Openbare Werken. Beiden blinken uit in het uiten van stoere taal en kennelijke hardleersheid. Wat blijkt, niemand minder dan Ori nodigt de Unesco uit om met een compleet technisch team naar Suriname te komen om te bespreken hoe het verder moet met de ondertussen stopgezette bouw van het vergadercomplex van De Nationale Assemblee.
Berichtgeving leert dat samen gekeken gaat worden hoe de bouw voort te zetten zonder dat Suriname het risico loopt om van de Werelderfgoedlijst te worden geknikkerd. Nurmohamed en Ori leken wel een pitbull en een rottweiler toen het protest over de bouw aanzwol en gewezen werd op de gevaren als het bouwsel zou worden neergezet zoals zij dat wilden.
“Ik vraag mij af met welk gezicht straks de bewindslieden richting de vertegenwoordigers van Unesco zullen kijken”
“Ik heb zelf ook vragen voor de Unesco. Het buitenland gaat niet voor ons bepalen”, blafte Nurmohamed richting journalisten. “Wat dan?” gromde zijn collega Ori als een rottweiler ook richting het journaille. De bij deze gevaarlijke dieren bekende kwijl kwam nog net niet uit zijn mond.
En nu? Heeft Nurmohamed die documentatie zou opvragen bij de deskundigen, zich eindelijk ingelezen en zijn flater ingezien ? Heeft hij toen zijn collega gebeld met de woorden “ey brada unu blunder gevaarlijk! ” Ik denk dat indachtig hun traditie het duo als een echte rottweiler en pitbull van plan waren niet los te laten, ook al zou het de ondergang betekenen.
Het riekt ernaar dat kennelbaas Chan uiteindelijk heeft ingegrepen en nu druipt het tweetal met de staart tussen de benen af. Met als dieptepunt Ori die kwispelend richting Unesco vraagt om bijstand ter uitvoering van de richtlijnen. Het schijnt beleidsmakers te ontgaan wat zulke situaties met hun reputatie doet.
Ik vraag mij af met welk gezicht straks de bewindslieden richting de vertegenwoordigers van Unesco zullen kijken. Zeker als tussen de regels door, of op de man af, hen nogeens de les wordt gelezen. Wat er binnenskamers zal worden gezegd zullen we vermoedelijk niet weten.
Het moet ons niet verbazen als straks een van beide, of allebei, ook nog de loftrompet steekt over het ‘constructief overleg’ dat is geweest met Unesco en dat het oplossingsmodel getuigt van goed beleid. In elk geciviliseerd bestuur zou het de kop van zeker een van de twee bewindslieden hebben gekost. In dit geval Nurmohamed. Maar bij ons….ach. Als daarom wordt geroepen zullen zij zich beklagen als te zijn de gebeten hond.