
“De timing zal nooit goed zijn,” reageert VHP-assembleelid Kishan Ramsukul. Hij geeft daarmee antwoord op de vraag van de Ware Tijd of de regering en parlement, gezien de borrelende onrust in de samenleving vanwege de afnemende koopkracht, er wel goed aan doen nu hun financiële voorzieningen te willen aanpassen. De regering blijkt namelijk wetsvoorstellen te hebben voorbereid om de financiële en andere voorzieningen voor de president, ministers en parlementariërs aan te passen. NPS-lid Patricia Etnel vraagt zich af of dergelijke voornemens geen scenario van de regering zijn om de aandacht van de samenleving af te leiden van andere kwesties en problemen die van groter belang zijn.
Tekst Ivan Cairo
Inhoudelijk kan Ramsukul niet ingaan op de wetsvoorstellen omdat hij die nog niet heeft bestudeerd. De parlementariër gaat er daarom niet op voorhand vanuit dat de beoogde wetten “automatisch een verhoging betekenen voor regering en parlement”. De voorstellen zijn overigens nog niet officieel bij De Nationale Assemblee ingediend.
Deze kwestie is zondag ook ter sprake gebracht in het radioprogramma Welingelichte kringen bij ABC waar president Santokhi te gast was. Hij heeft niet weersproken dat er voorbereidingen worden getroffen om de financiële voorzieningen van politieke ambtsdragers aan te passen.
“Wij kunnen morgen een wet goedkeuren en daarmee betaald worden wat wij denken dat we horen te verdienen. Konden de verpleegsters, leerkrachten en anderen in onze samenleving dat ook maar doen. Er zou dan nooit onrust zijn”
Kishan Ramsukul
Ander waarderingssysteem
Ramsukul constateert dat assembleeleden de mogelijkheid hebben hun eigen vergoeding te regelen, maar de rest van de samenleving niet. “Wij kunnen morgen een wet goedkeuren en daarmee betaald worden wat wij denken dat we horen te verdienen. Konden de verpleegsters, leerkrachten en anderen in onze samenleving dat ook maar doen. Er zou dan nooit onrust zijn”, merkt hij op.
Hij ziet communicatie als een van de meest belangrijke elementen in de relatie tussen overheid en samenleving. Ramsukul: “En communicatie is de zwakte van deze regering en misschien ook van DNA”. Hij vraagt zich af of de samenleving er meer voordeel aan zal hebben als dubbele salarissen voor assembleeleden worden afgeschaft, of voorzieningen van gewezen ministers substantieel worden verminderd.
“Weegt dat zwaarder dan een eventuele verhoging? Heeft het volk er meer voordelen aan, in de zin van minder uitgaven en dus meer geld voor andere zaken?” vraagt de politicus zich af. Hij is van oordeel dat Suriname een andersoortig waarderingssysteem voor politieke ambtsdragers zou moeten introduceren. “Ik denk dat we voor zowel regering als parlement moeten gaan naar perfomance based rewarding”, (op prestatie gebaseerde beloning, red.) stelt de VHP’er.
Initiatiefwet
Hij merkt op dat sommige assembleeleden “eens in de zoveel maanden de presentie komen tekenen”. “Moeten zij dan nog een (volledig) schadeloosstelling krijgen?” Ramsukul heeft vorig jaar een initiatiefwet ingediend voor de wijziging van de wet ‘Geldelijke voorzieningen DNA-leden’.
Dit om het fenomeen van dubbele salarissen te reguleren omdat daar vanuit de samenleving veel kritiek op is. “Mijn mening was om bij onszelf, DNA, te beginnen alvorens te kijken naar anderen.” De volksvertegenwoordiger is van mening dat de financiële regeling voor DNA-leden een initiatiefwet van parlementariërs moet zijn.
“Dwarka roept de regering op voorlopig niet met eigen salarisaanpassingen te komen. Zij zou niet het odium op zich moeten laden dat wie het kruis heeft zichzelf zegent. Dit zal bijdragen aan demotivatie, woede en onrust bij arbeiders“
“De regering moet niet bepalen voor DNA. Omgekeerd mag DNA wel bepalen voor de regering en als volksvertegenwoordiger vind ik dat er niks mis mee is om middels initiatiefwet zaken van de regering te regelen, vooral als het gaat om gewezen ministers”, zegt Ramsukul. De behandeling van zijn initiatiefvoorstel bevindt zich nog in de fase van vooronderzoek. Er is al een commissie van rapporteurs benoemd die zich hierover buigt.
Verstandig?
Vakbondsleider Dayanand Dwarka vraagt zich af of het voornemen van de regering om nu te komen met aanpassingen van salarissen voor regerings- en parlementsleden wel verstandig is in een periode waarbij een aanzienlijk deel van de bevolking aan koopkracht zwaar achteruit is gegaan vanwege kostenverhogende maatregelen. Hij merkt op dat hoewel dat deel van de samenleving dat een hoog inkomen heeft ook klappen heeft geïncasseerd door de maatregelen, zij die beter kan opvangen en absorberen.
“Veel mensen zijn onder de armoedegrens terecht gekomen, maar de toplaag staat nog overeind”, zegt hij. Tot de toplaag rekent hij ook parlementariërs en regeringsliden die notabene bepaalde voorzieningen van overheidswege krijgen waarvoor ze niet hoeven te betalen of extra geld krijgen zoals representatievergoedingen. Dwarka voegt eraan toe dat wanneer de regering constant zegt dat “er geen geld is” om tegemoet te komen aan eisen van arbeiders het niet goed zou zijn om haar eigen salarissen aan te passen.
Hij vraagt zich af waarom aanpassingen zoals in de voorstellen is aangegeven nodig zijn, aangezien het beloningssysteem voor regerings- en assembleeleden gekoppeld is aan dat van de ambtenarij. Wanneer de lonen van directeuren van overheidsdepartementen worden aangepast, volgt automatisch aanpassing van de salariëring van politieke ambtsdragers. Dwarka roept de regering op voorlopig niet met eigen salarisaanpassingen te komen. Zij zou niet moeten laten blijken dat wie het kruis heeft zichzelf zegent. Dit zal bijdragen aan demotivatie, woede en onrust bij arbeiders, meent de vakbondsleider.
Aandacht verplaatsen
Etnel vindt het “vreemd” dat terwijl er nijpende zaken omtrent de uitvoering van het IMF-programma spelen de regering met salarisaanpassing voor politieke ambtsdragers komt. Ze noemt als voorbeelden het doorvoeren van de BTW-wet, de vakbeweging die zich roert en de kritiek van het IMF op het sociale beschermingsbeleid. “De vraag is of dit geen opzet van de regering is, omdat deze wetsvoorstellen vanuit de regering gestuurd zijn naar mensen.”
Ze vraagt zich af of dit een afleidingsmanoeuvre is om de aandacht te verplaatsen “naar iets dat niet zal komen” zodat de samenleving niet meer focust op zaken die veel belangrijker zijn. De politica vindt de zaken die een IMF-delegatie de afgelopen week aan de regering heeft voorgehouden veel belangrijker dan salarisverhoging voor politieke ambtsdragers. Het gaat onder andere om betere uitvoering van het sociale beschermingsbeleid en de noodkreet van de vakbeweging.
Ze roept de samenleving op om “de focus op wat nu speelt” niet te verliezen. Etnel merkt op dat alle informatie vanuit de regering waarin werd aangegeven dat de kostenverzwarende beleidsmaatregelen van het IMF kwamen, “een grote vette leugen is”. Nu is voor de samenleving van belang om na te gaan of de regering niet meer uit de zakken van de samenleving zal kloppen door middel van de BTW-wet of de verdiencapaciteit van het land zal vergroten.